-
1 bedrijf
-
2 vast
5 [onwankelbaar] firm6 [onbetwijfelbaar] fixed7 [onveranderlijk] fixed9 [compact] solid13 [niet slap] firm, solid♦voorbeelden:dat staat zo vast als een huis • it's as sure as death and taxes2 vast raken • get stuck/caught/jammedhet schip raakte vast in het ijs • the ship got stuck/caught in the ice3 vast omlijnd • definite, clear-cut4 met vaste hand • with a steady/sure handvast in de leer • firm of faithvaste inkomsten • a fixed/regular incomeeen vaste verbinding • a regular connection8 vast adres/tehuis • fixed address/settled homeeen vaste betrekking • a permanent positionde vaste kern (van het personeel) • the permanent staff9 vast voedsel, vaste spijzen • solid food/fare14 een vaste afspraak • a standing arrangement/agreementeen vast gebruik • a (set) customeen vaste regel • a fixed/set ruleII 〈 bijwoord〉1 [stellig] certainly ⇒ for certain/sure2 [alvast] for the time being/the present♦voorbeelden:vast en zeker • definitely, certainlyjij bent er vast van op de hoogte • you must have heard of it2 begin maar vast met eten • go ahead and eat/start eatingik ben maar vast begonnen • I thought I might as well start -
3 gezondmaking
♦voorbeelden: -
4 vaste kosten
vaste kostenfixed/standing charges; 〈 met betrekking tot bedrijf〉 overhead costs -
5 werkzaamheden
1 activities ⇒ 〈 verplichtingen, taken〉 duties, 〈 operaties, activiteiten〉 operations 〈 voornamelijk met betrekking tot bedrijf〉, 〈 al verrichte taken〉 proceedings 〈voornamelijk van commissie/rechtbank/vergadering enz.〉, 〈 zaken〉 business♦voorbeelden:1 de werkzaamheden van een commissie • the duties/proceedings of a committeedagelijkse werkzaamheden • daily work/duties/activitieswerkzaamheden aan de metro • work on the underground -
6 eigen
eigen1〈 het〉 〈 figuurlijk〉1 [informeel; + bezittelijk voornaamwoord] myself, yourself, himself, herself, itself 〈 enkelvoud〉; ourselves, yourselves, themselves 〈 meervoud〉♦voorbeelden:1 ik dacht bij mijn eigen dat … • I was thinking to myself …op zijn eigen gaan wonen • start living on one's own————————eigen22 [uitgaand van iemand zelf] own3 [kenmerkend] typical, characteristic, individual4 [vertrouwd] familiar♦voorbeelden:voor eigen gebruik • for one's (own) private usemensen met een eigen huis • people who own their own houseiets in eigen kring vieren • celebrate something privatelywij hebben ieder een eigen (slaap)kamer • we have separate (bed)roomseigen weg • private roadhet waren haar eigen woorden • those were her very wordsbemoei je met je eigen zaken • mind your own businesseen geheel eigen stijl ontwikkelen • develop a style all one's ownmet de hem eigen bescheidenheid • with his characteristic modesty4 zich iets eigen maken • make oneself familiar with something; 〈 met betrekking tot taal〉 master, pick up; 〈 met betrekking tot gewoonte〉 pick up, fall into, acquireeigen producten • domestic products -
7 bezetten
2 [met betrekking tot een gebied/gebouw/bedrijf] occupy♦voorbeelden:het gezelschap bezette een hele rij stoelen • the party took up a whole row of seats -
8 zaak
8 [staatskwestie] affair9 [belang dat men behartigt] cause♦voorbeelden:1 het is de gewoonste zaak ter wereld om … • it is the most natural thing in the world to …algemene zaken • general affairszich met zijn eigen zaken bemoeien • mind one's own businessgemene zaak maken met iemand • be in league/collusion with someoneonverrichter zake terugkeren • return without having achieved one's aim; 〈 met niets verkregen〉 come back empty-handedhoe staan de zaken? • how are things?iemands zaken waarnemen/behartigen • look after someone's affairsdat is jouw zaak • that is your concerneen zaak van gewicht • a matter of (some) importanceeen zaak van ondergeschikt belang • a minor matter/pointde zaak in kwestie • the matter at hand3 goede zaken doen (met iemand) • do good business/trade (with someone)er worden goede zaken gedaan in … • trade is good in …zaken zijn zaken • business is businessin zaken gaan • go into businessover zaken spreken • talk businesshij is hier voor zaken • he is here on businesseen zaak runnen/hebben • run a businessik ben de hele dag op de zaak • I am at work all day; 〈 met betrekking tot een winkel〉 I am at the shop all dayeen auto van de zaak • a company carweten hoe de zaken ervoor staan • know how things stand/what the score isnu de zaken er zo voor staan • things being as they are, now things have come to this, such being the casewat is zijn rol in de zaak? • where does he fit/come in?de zaak is deze … • the point is …ter zake doen • 〈 belangrijk zijn〉 matter, be to the point; 〈 van invloed zijn〉 be significant; 〈 betrekking hebben〉 be relevantter zake komen • come to the pointdat doet hier niet(s) ter zake • that is irrelevant/beside the pointkennis van zaken hebben • know one's factszeker zijn van zijn zaak • be sure of what one's doingde zaak Menten • the Menten case8 Binnenlandse Zaken • Domestic/Internal AffairsBuitenlandse Zaken • Foreign Affairslopende zaken • current business, business in handvechten voor een verloren/hopeloze zaak • fight for a lost cause, fight a losing battle¶ het is zaak om … • the thing is to …niet veel zaaks zijn • be not up to much, be not a lot of good, be poor/indifferent, be a poor show/affair -
9 sectie
1 [medicijnen, geneeskunde] 〈 met betrekking tot lijk〉 autopsy, post-mortem (examination); 〈 algemeen〉 dissection2 [afdeling] section ⇒ department 〈met betrekking tot een organisatie/school〉, division 〈binnen bedrijf e.d.〉3 [deel van een werk] section♦voorbeelden:1 sectie verrichten • carry out a post-mortem/an autopsy2 de sectie betaald voetbal • Bthe Football Leaguede sectie Frans • the French department -
10 sloop
-
11 sloperij
1 [bedrijf] demolition firm/contractors 〈 met betrekking tot gebouwen〉; scrapyard 〈 met betrekking tot auto's〉 -
12 taxatiewaarde
-
13 lopen
1 [zich te voet voortbewegen] walk, go2 [rennen] run3 [met betrekking tot zaken] [voortbewogen worden] run4 [stromen] run5 [in werking zijn] run6 [voortduren] run7 [zich uitstrekken] run8 [zich ontwikkelen] run ⇒ go9 [+ onbepaalde wijs] [bezig zijn met] be 〈+ …ing〉♦voorbeelden:iemand in de weg lopen • get in someone's wayop handen en voeten lopen • walk on one's hands and feet/on all fourslopen! • scram!, hop it!3 die auto loopt lekker • that car runs/goes weller liep een rilling over haar rug • a shiver ran down her backzijn ogen begonnen weer te lopen • his eyes began to run/stream againde tranen liepen over zijn wangen • (the) tears ran down his cheeks〈 figuurlijk〉 warm lopen voor • get/be enthusiastic abouteen motor die loopt op benzine • an engine that runs on petrol6 de contracten lopen nog • the contracts are still in force/validdat onderzoek loopt over heel wat jaren • the investigation extends over a good many yearshet is anders gelopen • it worked out/turned out otherwisealles loopt gesmeerd • everything's running smoothlyhet moet al heel raar lopen als … • things will have to go very badly wrong for … to …de zaak loopt op zijn einde • the business is running downde contacten lopen over bedrijf X • the contacts go through company XII 〈 overgankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:1 [naderen] go/get on (for/towards)♦voorbeelden: -
14 gezond
2 [heilzaam] healthy♦voorbeelden:een gezonde geest in een gezond lichaam • a sound mind in a sound bodyeen gezonde kleur hebben • have a healthy/rosy complexiongezond blijven • keep fit, stay healthyhij is niet gezond • he is not healthy/wellzo gezond als een vis • as fit as a fiddleeen gezonde slaap • a good/refreshing sleepeen gezonde kijk hebben op • have sound ideas aboutgezond verstand • common senseII 〈 bijvoeglijk naamwoord〉2 [kloek, stevig] robust♦voorbeelden:gezond van lijf en leden • able-bodied, sound in life and limb -
15 vak
2 [deel van een kast/doos] compartment ⇒ 〈 in het bijzonder postvak〉 pigeonhole, shelf 〈 winkel, bibliotheek〉5 [perk] bed6 [afgeperkt deel] section♦voorbeelden:een kast met geheime vakken • a cupboard with secret compartmentsde vakken bijvullen • fill the shelvespost in iemands vakje stoppen • put mail in someone's pigeonhole3 een man van het vak zijn • be an expert/a specialisthij beoefent dit vak al 20 jaar • he has been in this business for 20 yearseen vak leren • learn a tradezijn vak maken van • make a business/trade ofeen vak uitoefenen • practise/be in a trade/businesszijn vak verstaan • understand one's businessieder zijn vak • every man to his tradein acht vakken eindexamen doen • take eight subjects in one's final exams -
16 achterste
I 〈 het〉1 [het achtereinde] back (part)♦voorbeelden:1 〈 figuurlijk〉 niet het achterste van zijn tong laten zien • not speak one's true mind, not lay all one's cards on the tablehet achterste voor • backwards1 [met betrekking tot plaats] back one ⇒ hindmost/rear(most) one -
17 economisch
2 [met betrekking tot de staathuishoudkunde] economic♦voorbeelden:2 het economisch belang/de economische aspecten van het uitgeversbedrijf • the economics of publishingEconomische Hogeschool/Faculteit • School of Economics; 〈 faculteit ook〉 Faculty/Department of Economicshet economisch leven • the economyeconomisch achteruit gaan • 〈 van bedrijf〉 go into financial decline; 〈 van land〉 go into economic decline -
18 fokkerij
2 [bedrijf] breeding farm ⇒ stock farm, pig farm 〈 varkens〉, breeding kennel(s) 〈 honden〉, stud farm 〈 paarden〉 -
19 gemengd
1 mixed ⇒ 〈 thee, whisky enz.〉 blended, 〈 verscheiden, gevarieerd ook〉 miscellaneous, 〈 met betrekking tot koekjes, bonbons enz., ook〉 assorted♦voorbeelden:een gemengd bedrijf • a mixed farmvan gemengd bloed • of mixed blood/descent; 〈informeel; beledigend〉 half-breed/-castegemengde gevoelens hebben (omtrent iets, iemand) • have mixed feelings (about something, someone)een gemengd huwelijk • a mixed marriageeen gemengd koor • a mixed choireen gemengde school • 〈 voor jongens en meisjes〉 a mixed/co-educational school -
20 inhouden
1 [bedwingen, beheersen] restrain ⇒ hold (in/back)2 [niet uitbetalen, innemen] deduct5 [ingetrokken houden] hold in♦voorbeelden:hij schreef op ingehouden toon • he wrote in a subdued tonezijn vaart inhouden • slow down2 een zeker percentage van het loon inhouden • deduct/ 〈 met betrekking tot belasting〉 withhold a certain percentage of the wageszijn beloften houden niets in • his promises are meaninglessTaal en Bedrijf, wat houdt dat eigenlijk in? • ‘Language and Business Studies’, what does that involve actually?oppassen op kleine kinderen houdt ook in dat je veel luiers verwisselt • looking after small children involves/means changing lots of nappieswat houdt dit in voor onze klanten? • what does this mean for our customers?II 〈wederkerend werkwoord; zich inhouden〉1 [zich bedwingen] control oneself♦voorbeelden:zich inhouden om niet in lachen uit te barsten • keep a straight face
- 1
- 2